Verslag Liga-speeldag 4 Roeselare
De trotse Veurne paarden trotseerden de winterkou, zei Trotski. De volgende speeldag van de Liga stond op het programma. Hier een verslag.
Deblauwe Paul (1725) 0 – 1 Lenoir Auréle (1782)
In deze tweepunten match aan de top, neemt zwart het risico verbonden aan een gambiet. Beiden spelen de scherpst mogelijke varianten tot wit eindelijk de mist in gaat en opgeeft.
Kris Muylle (1752) 1 – 0 Piet Decock (1704)
Zwart kwam vrij goed te staan na een achttal zetten. Wit koos heel vlug voor een aanval op de koningsvleugel, maar had het nagelaten zijn stukken optimaal te ontwikkelen. In plaats van wits voortijdige koningsaanval onmiddellijk af te straffen – Nimzowitsch heeft het allemaal haarfijn beschreven in “mijn systeem” – begon zwart (nodeloos) eerst nog een tweetal verdedigende zetten te doen waardoor wit uiteindelijk de nodige tijd kreeg om onheil te voorkomen. Meer zelfs, het te passieve zwarte spel bezorgde wit een iets comfortabeler stelling. Een onnauwkeurigheid van zwart op de 27ste zet verstoorde het evenwicht zodat wit kon beginnen drukken. De Roeselarenaar (een jaar of acht geleden nog een van de sterkste “Torrewachters”) speelde het eindspel heel secuur en liet zwart niet de minste kans om ook maar enige tegenactiviteit te ontwikkelen. Op basis daarvan werd hij na 55 zetten de verdiende winnaar.
Vercaigne Efrem (1534) 1 – 0 Vanheste John (1394)
Mijn dubbele randpion viel 30 zetten later. Op een gegeven moment zette een pion van me op de 2de rij alles vast maar ik liet hem vallen om elders 2 pionnen te winnen, maar dat ging niet helemaal zoals gewenst. Na veel vijven en zessen, eindspel van toren en pion tegen toren en 2 pionnen, die laatste dan nog verbonden en het ging naar mat na 3.5 u in 56 zetten.
Vallenpint Germain (1531) 1 – 0 Ryckaert Bruno (1422)
Wat domweg een centrumpion laten pakken, dan geklungeld om hem nog terug te pakken, maar een loper laten pennen op mijn koning en hoewel die niet gepakt kon worden, kon ik hem niet gebruiken, noch mijn koning verzetten, waardoor ik ook nog eens een van mijn torens vastzette.
Verslype Geert (1455) 0.5 – 0.5 Gruson Hubert (1598)
Met veel moet ben ik aan de partij begonnen tegen een, op papier althans, betere tegenstander zonder risico te nemen de opening en het middenspel overleefd. Geen enkele pion viel, paarden van het bord. Mijn tegenstander stelde remise voor en ik aanvaardde. Na 27 zetten terug naar Veurne met een half punt. Toch wel tevreden.
Vervaecke Nick (1440) 1 – 0 Leuridan Brecht (1254)
Mooi en sterke opening gespeeld. Maar vlug in verdrukking te komen staan door een paardenruil in het centrum. Daardoor kwam de witte dame en pion e4 centraal te staan. Daarna blunderde ik genadeloos mijn toren weg door zijn dame aan te vallen. Toen hij zijn pion promoveerde naar f6 was het rap gedaan met de partij. Mat met dame en pion.
Raphael Muylle (1150) 0 – 1 Vanassche Renaat
De opening was solide. Mijn tegenstander rokeerde al op de 4de zet en ik pas op de 12de. Ik zat dus met een serieus tempoverlies. Op de 18de zet kwam ik een pion achter door een mooie paardzet van Raphael. Ik dacht: “dit wordt hier zwaar om nog iets te rapen”. Op de 21ste zet wordt er me een loper-paardruil opgedrongen. Op de 24ste zet kan ik eindelijk die pion terugwinnen door mijn torens te kunnen verdubbelen. Mijn laatste paard begint dan een cruciale rol te spelen in het afmatten van Raphael. Uiteindelijk begin ik pion per pion mijn voorsprong uit te bouwen. In het late eindspel geeft hij op met alleen nog zijn koning en ik nog een toren, dame (gepromoveerd) en 3 pionnen. De remonte in het klassement is ingezet.
Uw reporters ter plaatse